LES 161
Geef me jouw zegen, heilige Zoon van God.
Vandaag oefenen we op een andere manier en nemen we stelling tegen onze woede, opdat onze angsten mogen verdwijnen om voor liefde ruimte te maken. Hier is verlossing, in de eenvoudige woorden waarin we met het idee van vandaag oefenen. Hier is het antwoord op verleiding, dat nooit kan nalaten de Christus daar welkom te heten waar angst en woede tevoren de overhand hadden. Hier wordt de Verzoening compleet gemaakt, wordt veilig aan de wereld voorbijgegaan en de Hemel nu hersteld. Hier is het antwoord van de Stem namens God.
Totale abstractie is de natuurlijke hoedanigheid van de denkgeest. Maar een deel ervan is nu onnatuurlijk. Het beziet niet alles als één. Het ziet in plaats daarvan slechts fragmenten van het geheel, want alleen zo kon het de partiële wereld bedenken die jij ziet. Het doel van al het zien is jou te tonen wat jij wenst te zien. Al het horen brengt jouw denkgeest slechts de geluiden die hij horen wil.
Zo werden specifieke vormen gemaakt. En nu moeten we specifieke vormen gebruiken bij het oefenen. We geven ze over aan de Heilige Geest, zodat Hij ze benutten kan voor een doel dat verschilt van wat wij eraan hebben toegekend. Toch kan Hij slechts gebruiken wat wij hebben gemaakt, om ons vanuit een ander gezichtspunt te onderwijzen, zodat we in alles een andere toepassing kunnen zien.
Eén broeder is alle broeders. Elke denkgeest omvat alle denkgeesten, want elke denkgeest is één. Dat is de waarheid. Maar maken deze gedachten de betekenis van de schepping duidelijk? Brengen deze woorden volmaakte duidelijkheid met zich mee voor jou? Wat anders kunnen ze lijken dan lege klanken, mooi misschien, juist qua gevoel, maar fundamenteel niet begrepen, noch begrijpelijk. De denkgeest die zichzelf geleerd heeft concreet te denken, kan abstractie niet langer vatten in de zin dat ze alomvattend is. We moeten een weinig zien, opdat we veel leren.
Voor ons gevoel lijkt het ‘t lichaam te zijn dat onze vrijheid beperkt, ons doet lijden, en tenslotte ons leven uitdooft. Maar lichamen zijn slechts symbolen voor een concrete vorm van angst. Angst zonder symbolen vraagt niet om een reactie, want symbolen kunnen voor het betekenisloze staan. Liefde heeft geen symbolen nodig, omdat ze waar is. Maar angst hecht zich aan specifieke zaken, omdat hij onwaar is.
Lichamen vallen aan, denkgeesten niet. Deze gedachte doet zeker terugdenken aan ons tekstboek, waar deze herhaaldelijk wordt benadrukt. Dit is de reden waarom lichamen gemakkelijk een symbool worden van angst. Er is je vele keren dringend aangeraden om verder dan het lichaam te kijken, want de aanblik ervan brengt het symbool van de ‘vijand’ van de liefde naar voren, welke door Christus’ visie niet wordt gezien. Het lichaam is het doelwit van aanval, want niemand denkt dat hij een denkgeest haat. Maar wat anders dan de denkgeest zet het lichaam tot de aanval aan? En wat anders dan wat denkt aan angst zou de zetel van angst kunnen zijn?
Haat is specifiek. Er moet iets zijn om aan te vallen. Een vijand moet in zo’n vorm worden waargenomen dat hij aangeraakt, gezien, gehoord, en uiteindelijk gedood kan worden. Wanneer ergens haat op rust, roept die even stellig om de dood als Gods Stem verkondigt dat er geen dood is. Angst is onverzadigbaar, verteert alles waar zijn oog op valt, ziet zichzelf in alles, en is daarom gedwongen om zich tegen zichzelf te keren en om te vernietigen.
Wie een broeder als een lichaam ziet, ziet hem als symbool van angst. En hij zal aanvallen, omdat wat hij ziet zijn eigen angst is, buiten hemzelf, klaar om aan te vallen en luidkeels huilend om zich weer met hem te verenigen. Vergis je niet in de intensiteit van de razernij die door geprojecteerde angst onvermijdelijk de kop op steekt. Hij briest in toorn, en klauwt in de lucht, in de hysterische hoop dat hij zijn maker kan bereiken en verslinden.
Dit zien de ogen van het lichaam in iemand die door de Hemel wordt gekoesterd, door de engelen wordt bemind en door God volmaakt geschapen is. Dit is zijn werkelijkheid. En in de visie van Christus wordt zijn beminnelijkheid in zo’n heilige en zo’n prachtige vorm weerspiegeld dat jij je nauwelijks weerhouden kunt aan zijn voeten neer te knielen. Maar in plaats daarvan neem je zijn hand, want jij bent zoals hij in de ogen die hem zo zien. Door een aanval op hem ben jij je eigen vijand, want je zult dan niet zien dat in zijn handen jouw verlossing ligt. Vraag hem alleen hierom en hij zal jou die geven. Vraag hem niet een symbool voor jouw angst te zijn. Zou je willen vragen dat liefde zichzelf vernietigt? Of wil jij dat ze aan jou wordt geopenbaard en je bevrijdt?
Klassen behulpzaam en wil je de spreker ondersteunen met een gift? Dat kan. Ga naar https://www.elbert.tv/gift/
show less
Geef me jouw zegen, heilige Zoon van God.
Vandaag oefenen we op een andere manier en nemen we stelling tegen onze woede, opdat onze angsten mogen verdwijnen om voor liefde ruimte te maken. Hier is verlossing, in de eenvoudige woorden waarin we met het idee van vandaag oefenen. Hier is het antwoord op verleiding, dat nooit kan nalaten de Christus daar welkom te heten waar angst en woede tevoren de overhand hadden. Hier wordt de Verzoening compleet gemaakt, wordt veilig aan de wereld voorbijgegaan en de Hemel nu hersteld. Hier is het antwoord van de Stem namens God.
Totale abstractie is de natuurlijke hoedanigheid van de denkgeest. Maar een deel ervan is nu onnatuurlijk. Het beziet niet alles als één. Het ziet in plaats daarvan slechts fragmenten van het geheel, want alleen zo kon het de partiële wereld bedenken die jij ziet. Het doel van al het zien is jou te tonen wat jij wenst te zien. Al het horen brengt jouw denkgeest slechts de geluiden die hij horen wil.
Zo werden specifieke vormen gemaakt. En nu moeten we specifieke vormen gebruiken bij het oefenen. We geven ze over aan de Heilige Geest, zodat Hij ze benutten kan voor een doel dat verschilt van wat wij eraan hebben toegekend. Toch kan Hij slechts gebruiken wat wij hebben gemaakt, om ons vanuit een ander gezichtspunt te onderwijzen, zodat we in alles een andere toepassing kunnen zien.
Eén broeder is alle broeders. Elke denkgeest omvat alle denkgeesten, want elke denkgeest is één. Dat is de waarheid. Maar maken deze gedachten de betekenis van de schepping duidelijk? Brengen deze woorden volmaakte duidelijkheid met zich mee voor jou? Wat anders kunnen ze lijken dan lege klanken, mooi misschien, juist qua gevoel, maar fundamenteel niet begrepen, noch begrijpelijk. De denkgeest die zichzelf geleerd heeft concreet te denken, kan abstractie niet langer vatten in de zin dat ze alomvattend is. We moeten een weinig zien, opdat we veel leren.
Voor ons gevoel lijkt het ‘t lichaam te zijn dat onze vrijheid beperkt, ons doet lijden, en tenslotte ons leven uitdooft. Maar lichamen zijn slechts symbolen voor een concrete vorm van angst. Angst zonder symbolen vraagt niet om een reactie, want symbolen kunnen voor het betekenisloze staan. Liefde heeft geen symbolen nodig, omdat ze waar is. Maar angst hecht zich aan specifieke zaken, omdat hij onwaar is.
Lichamen vallen aan, denkgeesten niet. Deze gedachte doet zeker terugdenken aan ons tekstboek, waar deze herhaaldelijk wordt benadrukt. Dit is de reden waarom lichamen gemakkelijk een symbool worden van angst. Er is je vele keren dringend aangeraden om verder dan het lichaam te kijken, want de aanblik ervan brengt het symbool van de ‘vijand’ van de liefde naar voren, welke door Christus’ visie niet wordt gezien. Het lichaam is het doelwit van aanval, want niemand denkt dat hij een denkgeest haat. Maar wat anders dan de denkgeest zet het lichaam tot de aanval aan? En wat anders dan wat denkt aan angst zou de zetel van angst kunnen zijn?
Haat is specifiek. Er moet iets zijn om aan te vallen. Een vijand moet in zo’n vorm worden waargenomen dat hij aangeraakt, gezien, gehoord, en uiteindelijk gedood kan worden. Wanneer ergens haat op rust, roept die even stellig om de dood als Gods Stem verkondigt dat er geen dood is. Angst is onverzadigbaar, verteert alles waar zijn oog op valt, ziet zichzelf in alles, en is daarom gedwongen om zich tegen zichzelf te keren en om te vernietigen.
Wie een broeder als een lichaam ziet, ziet hem als symbool van angst. En hij zal aanvallen, omdat wat hij ziet zijn eigen angst is, buiten hemzelf, klaar om aan te vallen en luidkeels huilend om zich weer met hem te verenigen. Vergis je niet in de intensiteit van de razernij die door geprojecteerde angst onvermijdelijk de kop op steekt. Hij briest in toorn, en klauwt in de lucht, in de hysterische hoop dat hij zijn maker kan bereiken en verslinden.
Dit zien de ogen van het lichaam in iemand die door de Hemel wordt gekoesterd, door de engelen wordt bemind en door God volmaakt geschapen is. Dit is zijn werkelijkheid. En in de visie van Christus wordt zijn beminnelijkheid in zo’n heilige en zo’n prachtige vorm weerspiegeld dat jij je nauwelijks weerhouden kunt aan zijn voeten neer te knielen. Maar in plaats daarvan neem je zijn hand, want jij bent zoals hij in de ogen die hem zo zien. Door een aanval op hem ben jij je eigen vijand, want je zult dan niet zien dat in zijn handen jouw verlossing ligt. Vraag hem alleen hierom en hij zal jou die geven. Vraag hem niet een symbool voor jouw angst te zijn. Zou je willen vragen dat liefde zichzelf vernietigt? Of wil jij dat ze aan jou wordt geopenbaard en je bevrijdt?
Klassen behulpzaam en wil je de spreker ondersteunen met een gift? Dat kan. Ga naar https://www.elbert.tv/gift/
show less